De eerste helft van de twintigtigste eeuw wordt ook wel de tijd van wereldoorlogen genoemd. In deze periode vonden de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) en de Tweede Wereldoorlog plaats. De tussenliggende periode wordt ook wel het Interbellum genoemd. In deze periode vond de grote wereldcrisis (vanaf de beurskrach van New York in 1929) plaats. In deze tijden van oorlog en crisis, vonden er veel gebeurtenissen plaats die het leven van familie Van der Held enorm beïnvloedden. Het was tevens het tijdperk waarin de faam en rijkdom van de familie ten einde kwam.
George van der Held in uniform van het garderegiment Grenadiers en Jagers.
George van der Held werd op 23 juli 1892 geboren te Ambarawa, Nederlands Indië. In 1910 vertrok George naar Nederland (Amsterdam). George ging daar studeren. Tussendoor vervulde hij vanaf 23 september 1912 de dienstplicht bij het korps Grenadiers en Jagers. Daarna behaalde hij zijn diploma voor de Technische school in 1921. Toen zijn vader in Indië zat, woonde hij tijdens zijn diensttijd en studie op kamers. Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd hij beroepsofficier. In 1920 vetrok hij naar Nederlands Indië en moeilijk daar ontmoette Jeanette Elisabeth Tjalkens (roepnaam Netty). Zij kregen drie kinderen, George (roepnaam Ino), Simon (roepnaam Sim) en Tjalke (roepnaam Boet). In 1926 kreeg George zijn eerste baan bij de Suikeronderneming Badas. Hij werd gezamenlijk tot de eerste machinist. In 1930 kreeg hij een aanstelling bij de Suikeronderneming Soemberdadie bij Kediri. In de periode voltooide hij tevens de vrijwillige militaire dienst bij het KNIL. Zijn eerder verkregen rang van reserve 1e luitenant, tijdens de Eerste Wereldoorlog in Nederland, oefende hij ook daar uit. Het gezin behaalde een onbevangen periode op de beide ondernemingen. Ook was de familie niet onvermogend. Zoals Ada van der Held-de Vries(mijn moeder) citeerde: “Ze hadden een aardig spaarpotje” Het geld was in hun bezit gekomen door de erfenissen van vader Johan George en de rijke “Oom Sim”. In 1936 verhuisde de familie naar de Dillenburglaan en later naar de Borgesiuslaan te Amersfoort. Zij hadden daar vanaf 1937 een reisbureau (“De MANIT”, aan de Borgesiuslaan nummer 24). Naast het reisbureau gericht George een garage en autoverhuurbedrijf op aan de Barchman Wuytierstraat 196 op. Hier werden de middelen onderhouden. In 1941 werd het bedrijf door de oorlogsomstandigheden opgeheven. In de jaren 30 was George een fervent zweefvlieger. Nadat hij zijn vliegbrevet had, vloog hij regelmatig met de zelfgebouwde zweefvliegtuigen. De vliegtuigen werden gebouwd bij de vliegclub AVA (Aero Vereniging Amersfoort). George was daar penningmeester. George ontwierp en bouwde het vliegtuig. De vleugels werden aan andere vliegclubs en vliegtuigbouwers verkocht. In 1937 liep het bijna verkeerd af met een zweefvlucht. Door een valwind verongelukte het vliegtuig. George kon ternauwernood aan de dood ontsnappen, door uit het apparaat te springen. Hij kwam er met een gebroken arm vanaf. George Sr. stierf in 1952 na een tragisch busongeluk. Netty overleed aan een hartstilstand in 1961. In de jaren tot zijn dood was George nog werkzaam als eigenaar van een leesportefeuille. George en Netty werden begraven op de Amsterdamse begraafplaats “Zorgvlied” in een familiegraf.
Klik op de afbeelding om meer te weten te komen over de Tweede Wereldoorlog.
Klik op het document om meer te weten te komen over Ada Tjalkens.
Klik op de afbeelding om meer te weten te komen over de invloed van Ford op de familie.